De versnummering uit 1551 is superhandig. We gebruiken die nog steeds. Alleen: de Griekse tekst waaraan in 1551 versnummers werden toegevoegd, is niet de beste Griekse tekst van het Nieuwe Testament die er bestaat. Deze Griekse tekst is namelijk gebaseerd op handschriften uit de late middeleeuwen. Handschriften waarin zich meer dan 1000 jaar kopieerfouten hadden opgestapeld …
De oudste tekst
Tekstwetenschappers zijn er al eeuwen mee bezig om de oudste tekst van het Nieuwe Testament te achterhalen. En met succes: inmiddels weten we veel meer over de oudste Griekse tekst dan in de zestiende eeuw.
Zo weten we ook dat er in de oudste en beste handschriften niets staat op de plek van vers 44 en 46. De Griekse tekst loopt gewoon door. Later heeft een overschrijver de tekst die wij kennen als vers 48, ook achter de zinnen in vers 43 en 45 opgeschreven. En die langere tekst kreeg in 1551 versnummers toebedeeld.
Je zou dus kunnen zeggen: in 1551 zijn er een aantal versnummers te veel uitgedeeld. Vers 44 en 46 bestaan omdat men in 1551 werkte met een te lange Griekse tekst, waarin kopieerfouten zaten.
Hernummeren?
De NBV en andere hedendaagse vertalingen laten deze verzen dus niet zomaar weg. Ze vertalen de betere, oudere Griekse tekst. Vertalingen die deze verzen wel hebben, hebben verzen teveel.
Is het misschien niet beter om de tekst te hernummeren? Dan wordt vers 45 vers 44, vers 47 vers 45, vers 48 vers 46, enzovoort. Dan sluiten de versnummers weer netjes aan. Maar het probleem is dat er dan een enorme spraakverwarring ontstaat. Je weet dan immers niet meer of iemand met Marcus 9:47 verwijst naar de oude of de nieuwe telling. Dat is onhandig. Het is beter het oude systeem te handhaven en de overbodige versnummers weg te laten.
Voetnoten
De lezer van de NBV, en straks van de NBV21, kan snel zien wat er aan de hand is als er een versnummer wordt overgeslagen. Er staat dan altijd een voetnoot bij. Het betekent dat de tekst van het vers niet bij de oudste tekst van het Nieuwe Testament hoort.
In de NBV21 luidt in zo’n geval de voetnoot: ‘In latere handschriften staat een extra vers: (…)’. Daarmee bedoelen we: in latere handschriften staat door een kopieerfout een langere tekst, die in 1551 weliswaar een eigen versnummer heeft gekregen, maar die niet bij de oudste tekst hoort.
Ontbrekende versnummers in een bijbelvertaling zijn dus geen reden je zorgen te maken. Pas als er een versnummer ontbreekt zonder dat er een voetnoot bij staat, gaan bij het NBG de alarmbellen af.
Meer lezen over ontbrekende bijbelverzen?