Essay in Trouw, Letter & Geest (30 dec. 2018)
Bijbelvertalingen ontwikkelen mee met taal, en met kennis van historische context. Maar wat je niet moet doen: onwelgevalligheden corrigeren.
Wanneer heb jij het gevoel dat je écht leeft? Als je een grote klus succesvol afrondt, als je een goed gesprek voert met iemand, of als je geniet van de natuur? De Bijbel staat vol met voorbeelden van mensen die dankzij God en zijn schepping werkelijk tot leven komen. Ze genieten met volle teugen. Geniet jij mee?
U was het die mijn nieren vormde,
die mij weefde in de buik van mijn moeder.
Ik loof U om het ontzaglijke wonder van mijn bestaan,
wonderbaarlijk is wat U gemaakt hebt.
Ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel.
Toen ik in het verborgene gemaakt werd,
kunstig geweven in de schoot van de aarde,
was mijn wezen voor U geen geheim.
Uw ogen zagen mijn vormeloos begin,
alles werd in uw boekrol opgetekend,
aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één.
We zien ons bestaan soms als een gegeven: we zijn er gewoon. We gaan elke avond slapen en worden elke ochtend weer wakker, we eten, we bewegen, we lachen en we huilen. Maar ten diepste is niets van dat alles ‘gewoon’. Het is een wonder dat we bestaan, het is een wonder dat God elk van ons precies zo heeft gemaakt als Hij wilde. Ook al kan je lichaam gebreken vertonen en is het leven niet altijd makkelijk, God heeft ons leven in zijn hand. Voel jij dat ook zo, diep vanbinnen?
Toen maakte de heer God de mens. Hij vormde hem uit stof, uit aarde, en blies hem levensadem in de neus. Zo werd de mens een levend wezen.
Adem in, adem uit, adem in, adem uit. Elke dag, elk uur, elke minuut adem je. Het gaat gelukkig vanzelf, want anders zou je het zomaar kunnen vergeten. Maar de adem die maakt dat je leeft en dat je kunt praten, lachen en zingen, begon met die ene handeling van God. Hij blies hoogstpersoonlijk de levensadem in de neus van de mens. Hij gaf ons zijn lucht, zijn Geest. Elke ademtocht danken wij aan dat ene moment, millennia geleden. Niet voor niets roept de Bijbel ons op: ‘Alles wat adem heeft, loof de heer. Halleluja!’ (Psalm 150:6)
Ik heb vastgesteld dat voor de mens niets goeds is weggelegd, behalve vrolijk te zijn en van het leven te genieten. Want wanneer hij zich aan eten en drinken te goed doet en geniet van al het goede dat hij moeizaam heeft verworven, is dat een geschenk van God.
Al het goede in het leven ontvangen we uit Gods hand. Lekker eten en drinken, goed gezelschap, doorbraken op ons werk, het zijn allemaal geschenken van God, waar we ons met plezier tegoed aan mogen doen.
De wet van de HEER is volmaakt:
levenskracht voor de mens.
De richtlijn van de HEER is betrouwbaar:
wijsheid voor de eenvoudige.
De bevelen van de HEER zijn eenduidig:
vreugde voor het hart.
Het gebod van de HEER is helder:
licht voor de ogen.
Wetten en regels lijken voor ons soms maar vervelend en beperkend; het leven is toch veel leuker als je gewoon kunt doen waar je zin in hebt? Maar de Bijbel draait het om. Gods wet beperkt je leven niet, maar vervult het juist: de wet brengt levenskracht, vreugde, licht! Een leven dicht bij God is een leven vol diepgang en rijkdom zoals die nergens anders te vinden zijn.
Daarom zeg Ik jullie: maak je geen zorgen over je leven, over wat je zult eten of drinken, noch over je lichaam, over wat je zult aantrekken. Is het leven niet meer dan voedsel en het lichaam niet meer dan kleding? Kijk naar de vogels in de lucht: ze zaaien niet en oogsten niet en vullen geen voorraadschuren; het is jullie hemelse Vader die ze voedt. Zijn jullie niet meer waard dan zij?
De Bijbel helpt ons om onze dagelijkse beslommeringen in perspectief te plaatsen. Jezus nodigt ons uit om eens goed om ons heen te kijken: kijk naar de vogels, kijk naar de bloemen, kijk naar de schepping die door God tot in het kleinste detail is bedacht en gemaakt. En dat niet alleen, Hij zorgt nog elke dag voor elk dier, elke plant en elk mens. Zou Hij dan niet ook voor jou zorgen? Wanneer je je realiseert dat Hij het is die elke dag voor je zorgt, kun je pas écht gaan leven: leven in vertrouwen, leven in vrijheid, leven vol hoop.
‘… Ik ben gekomen om hun het leven te geven in al zijn volheid.’
Jezus kwam niet naar deze aarde om iets te halen. Hij kwam niet naar ons toe om er zelf beter van te worden – integendeel, Hij moest veel onbegrip en leed verdragen, en zelfs de dood. Maar door alles heen bracht Hij ons het leven in al zijn volheid! Dat betekent een leven met een overvloed aan liefde, goedheid en genade. Een leven vol van innerlijke rust en vrede die niemand je kan afpakken. Heb jij al gekozen voor het leven in al zijn volheid? Heb jij al gekozen voor het leven met Hem?
Bijbelvertalingen ontwikkelen mee met taal, en met kennis van historische context. Maar wat je niet moet doen: onwelgevalligheden corrigeren.
Dominee Karin van den Broeke, voorzitter van het Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap heeft vandaag 12 representanten van kerkgenootschappen en geloofsgemeenschappen een Bijbel uitgereikt en een zegen uitgesproken over de Bijbel.
Wie voor het eerst kennisneemt van de deuterocanonieke boeken kan het beste met Tobit beginnen. We kunnen ons goed voorstellen dat men vroeger ademloos naar dit prachtige verhaal luisterde.
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen